Personeelstekort en werkdruk in kraamzorg ook in Horst aan de Maas groeiend probleem

17 aug 2023, 08:33 Algemeen
Afbeelding

De kraamzorg in Nederland gaat al tijden gebukt onder een groeiend personeelstekort. Dat tekort blijkt nu zo nijpend dat wordt bekeken of ouders bij een tweede kind vanaf 2025 minder uren kraamzorg kunnen krijgen, mits de omstandigheden binnen het gezin dat toelaten. De werkdruk in de Horster geboortezorg wordt ook een steeds groter probleem, al wordt er met innovatieve oplossingen en door zorg op maat te bieden zo goed als mogelijk een mouw aan gepast.

Het plan om vanaf 2025 minder kraamzorg te verlenen bij gezinnen waar de situatie dat toestaat én waar het niet gaat om het eerste kind, komt van werkgeversorganisatie Bo Geboortezorg. Zij stellen dat de beperkende maatregel broodnodig is, om tekorten op de arbeidsmarkt op te vangen. Op dit moment komt Nederland naar schatting 1.500 kraamverzorgers tekort. Van de 9.500 die de functie wel praktiseren is bovendien 10 procent langdurig ziek. Het gevolg laat zich raden: kraamverzorgers die wel kunnen werken moeten extra uren maken en komen in sommige gevallen bij wel drie gezinnen per dag over de vloer. 

Dat is in Horst aan de Maas niet anders, stelt Margo Vermazeren. De verloskundige van Danure in Horst kan bogen op veertig jaar ervaring als verloskundige en ziet ook hier de problemen toenemen. “Helaas merken we in Horst aan de Maas ook de gevolgen van het tekort aan kraamverzorgers. Vooral in de zomermaanden is het bij vlagen nijpend. Gelukkig zitten we nog in de luxepositie dat we onze mensen over het algemeen in kunnen zetten waar nodig, maar ook hier gaat een kraamverzorgster naar twee gezinnen op één dag. Veel gezinnen krijgen drie uur kraamzorg per dag – wijkkraamzorg noemen wij dat – in plaats van volledige zorg. Dat is eigenlijk geen wenselijke situatie, maar het is roeien met de riemen die je hebt.”

Duidelijk capaciteitsprobleem

Margo, die naast haar ruimschootse werkervaring ook haar sporen verdiende als voorzitster van de Kring voor Verloskundigen afdeling Limburg, ziet dat het soms wringt in de praktijk. “In de regio zijn vier kraambureaus werkzaam, die in voorgaande jaren niet voldoende samenwerkten, waardoor er soms geen kraamzorg geleverd werd. En dat terwijl er bij een ander bureau nog wel wat ruimte was geweest. Vooral vorig jaar hebben we vaker met deze situatie moeten dealen en ad hoc oplossingen gezocht. Dit jaar hebben de bureaus de samenwerking veel beter op orde en is er ook een protocol opgesteld. Daarmee is op dit moment iedereen nog verzekerd van kraamzorg.” Gemiddeld gaat dat om 42 uur kraamzorg. In regio’s met tekorten worden die uren al teruggeschroefd, in sommige gevallen zelfs naar het minimale aantal van 24 uur. Daarnaast wordt een kraambed nu na zeven dagen afgesloten, in plaats van acht. Mits dat binnen het gezin mogelijk is. Dat gebeurt ook in Horst aan de Maas. Om verzekerd te zijn van kraamzorg, moet een zwangere zich al vroeg aanmelden bij een bureau. “Zodra een gezin zich bij ons (de verloskundigenpraktijk, red.) meldt, geven we folders mee met informatie over de kraamzorg. We drukken de gezinnen op het hart om zich zo snel mogelijk te melden bij één van de bureaus. Nog voor ze twaalf weken zwanger zijn. Op tijd aanmelden is echt een must tegenwoordig. Het kraambed wordt tegenwoordig ook eerder afgesloten. Waar dat voorheen na acht dagen was, gebeurt dat nu na zeven dagen. En het kan dus ook voorkomen dat iemand nog maar drie uur zorg per dag krijg. Dat gebeurt echter wel alleen bij gezinnen waar het allemaal soepel loopt.”

Verschuivende druk

Een oplossing voor het personeelstekort en de groeiende werkdruk lijkt niet direct voor handen. “Het probleem wordt herkend en erkend, dat is stap één. In Horst aan de Maas kunnen we jonge gezinnen waarbij het kraambed niet vlekkeloos verloopt nog altijd meer uren zorg bieden. Die luxe hebben we hier nog. In tegenstelling tot andere plekken in het land.” Als verloskundige heeft Margo een controlerende taak ten opzichte van de kraamverzorgers. Een functie waarbij ze veel bij jonge gezinnen over de vloer komt. Ze merkt zelf ook dat de werkdruk voor kraamverzorgenden toeneemt. “We merken dat mensen zich met onzekerheden eerder bij ons melden. Ook in Horst aan de Maas wordt vaker met de verloskundige gebeld dan voorheen. Uiteraard staan we daar klaar voor, maar dat is wel een direct gevolg van het tekort. De druk verschuift langzaam maar zeker richting verloskundigenpraktijk.”

Kraamzorg op maat

Het zijn bekende problemen, waarvan ook de brancheorganisatie op de hoogte is. Als oplossing ligt er nu dus een voorstel om vanaf 2025 kraamzorg op maat te leveren. In de praktijk zou dat betekenen dat er bij het eerste kind meer kraamzorg wordt gegeven dan bij het tweede, mits er geen sprake is van gezondheidsproblematiek binnen het gezin. In dat geval kan het aantal uren kraamzorgen worden uitgebreid. Volgens de brancheorganisatie heeft dat als voordeel dat de beschikbare uren beter verdeeld worden. Zorg op maat dus. Daar ziet Margo ook wel wat in. “Per gezin moet gekeken worden hoe het loopt en hoeveel zorg er nodig is. Gaat het aanleggen bij de borstvoeding goed? Ontwikkelt de baby zich de eerste dagen volgens het boekje? Gaat het niet om het eerste kind? Dan kan het zijn dat een gezin voldoende heeft aan minder uren. En de uren die overblijven kunnen dan weer ingezet worden bij een gezin waar het niet direct op rolletjes loopt.” 

Het is echter slechts een deel van de oplossing, meent Margo. “Nederland is wat kraamzorg betreft uniek. Dat vind je nergens anders in de wereld. Het zou heel erg jammer zijn als dat beroep op termijn gaat verdwijnen. Om dat te voorkomen, moet er echter wel iets veranderen. Nog altijd heerst het idee dat de kraamverzorgende bij het gezin komt om te poetsen en om lekker koffie te drinken met de ouders. Maar dat is natuurlijk grote onzin. Het beroep wordt ondergewaardeerd. Ook wat betreft de beloning. Dat, in combinatie met de vaak onregelmatige uren, maakt het beroep niet aantrekkelijk genoeg.”

Lastig te combineren

Het is ook niet bepaald een voordeel dat het beroep van kraamverzorger lastig te combineren blijkt met het eigen gezinsleven, stelt Margo. “Jonge kraamverzorgenden die zelf een gezin stichten ervaren vaak hoe lastig het is. Ze zijn vaak 24 uur per dag oproepbaar. En wanneer ze op wacht staan betekent dat ook dat ze te allen tijde beschikbaar moeten zijn. Die flexibiliteit is niet voor iedereen te combineren met het privéleven.” Ligt een deel van de oplossing dan wellicht in het digitaliseren van het beroep? In diverse delen van Nederland wordt een deel van de kraamzorg al digitaal verzorgd, waarbij een kraamverzorger contact zoekt met de familie vanachter een schermpje. “Dat lijkt me geen oplossing en gelukkig is dat in Horst aan de Maas ook nog niet aan de orde”, zegt Margo. “Je kunt een ouder niet met een video leren hoe een kind aan de borst gelegd wordt. Het geeft jonge gezinnen ook geen vertrouwen. En juist dat is wellicht één van de belangrijkste factoren van kraamzorg: het geven van vertrouwen in eigen het eigen vermogen om een kind groot te brengen.”

Tekst: Jelle van Hees